Op 20 mei is het nieuwe steunpakket coronacrisis 2.0 geïntroduceerd voor de NOW, TOZO, uitstel van betaling van belastingschulden en overige maatregelen.
Op 20 mei heeft het kabinet het nieuwe steunpakket in verband met de coronacrisis geïntroduceerd. Dit ‘Noodpakket 2.0’ voorziet in een voortzetting van (voorlopig) 3 maanden van diverse maatregelen uit het eerste noodpakket, echter gelden voor verschillende steunmaatregelen nieuwe of aanvullende voorwaarden. Met de aanpassingen streeft het kabinet ernaar beter aan te sluiten op de nieuwe realiteit ten gevolge van de uitbraak van het coronavirus. Men wil met dit nieuwe noodpakket bedrijven en werkenden ondersteunen in het noodzakelijke aanpassingsproces.
Naast een voortzetting van bestaande regelingen, bevat het nieuwe pakket ook een aantal nieuwe maatregelen. De nadruk blijft echter liggen op de generieke, in plaats van sectorspecifieke steunmaatregelen. Hieronder gaan wij kort in op de belangrijkste nieuwe en verlengde maatregelen, waarbij eventuele aanpassingen van de bestaande regelingen worden belicht.
Tijdelijke noodmaatregel overbrugging voor werkbehoud (NOW)
Met het oog op het aflopen van het eerste subsidietijdvak per 31 mei 2020, heeft het kabinet besloten de NOW-regeling met drie maanden te verlengen. Het doel van de NOW blijft ongewijzigd; het voor werkgevers met een terugval in de omzet van ten minste 20% mogelijk te maken zoveel mogelijk werknemers in dienst te houden.
Het streven is om de aanvraag voor deze nieuwe NOW-regeling per 6 juli open te stellen, waarbij een tegemoetkoming voor de loonkosten over de periode juni, juli en augustus kan worden aangevraagd. De tegemoetkoming bedraagt wederom maximaal 90% van de loonsom, gerelateerd aan het omzetverlies. De omzetdaling wordt vastgesteld over een driemaandsperiode die start op 1 juni, 1 juli of 1 augustus, waarbij voor aanvragers die voor de tweede keer een beroep doen op de NOW de omzetperiode moet aansluiten op de periode gekozen in het eerste tijdvak. De referentiemaand voor de loonsom wijzigt van januari naar maart (peildatum 15 mei) van dit jaar. Het tweede tijdvak volgt verder de systematiek van het eerste tijdvak, dat wil zeggen dat werkgevers die tenminste 20% omzetverlies verwachten, een aanvraag kunnen indienen bij het UWV. Daarbij committeren werkgevers zich om de lonen van betrokken werknemers 100% door te betalen. Ook wordt door het UWV weer in eerste instantie een voorschot van 80% van het bedrag aan tegemoetkoming verleend en wordt achteraf weer het bedrag van de definitieve tegemoetkoming vastgesteld aan de hand van de dan bekende omzetcijfers.
Werkgevers hebben tot en met 31 augustus de tijd om een aanvraag voor de tweede tranche te doen.
Werkgevers die alleen een aanvraag voor de eerste tranche hebben gedaan, kunnen vanaf 7 september vaststelling van de eerste subsidieperiode aanvragen. Wordt door een werkgever in zowel de eerste als tweede tranche een NOW-aanvraag gedaan, dan kan deze vaststelling eerst na afloop van het tweede tijdvak worden aangevraagd.
Een belangrijke wijziging is verder dat de boete bij ontslag van werknemers in de tweede tranche (ten bedrage van 50% van de loonsom van de ontslagen werknemers) komt te vervallen. Hoewel doel van de aangepaste NOW-regeling blijft om zo veel mogelijk banen te behouden, wil het kabinet voorkomen dat bedrijven vanwege de voorwaarden rondom bedrijfseconomisch ontslag in de NOW op voorhand al geen NOW aanvragen en vervolgens failliet dreigen te gaan. Bovenstaande ziet op
ontslagaanvragen die in de periode 1 juni t/m 31 augustus 2020 worden ingediend.
Bedrijven die gebruik willen maken van de NOW, mogen in ieder geval over 2020 geen bonussen (aan bestuur of directie) of dividend uitkeren en geen eigen aandelen inkopen, tot en met de aandeelhoudersvergadering waarin de jaarrekening wordt vastgesteld in 2021. Deze verplichtingen gelden alléén voor bedrijven die een NOW-subsidie ontvangen waarvoor een accountantsverklaring is vereist. De hoogte van die grens is echter nog niet bekend.
Een aanvullende voorwaarde die in de tweede subsidieperiode wordt opgenomen is een inspanningsverplichting voor werkgevers om hun werknemers te stimuleren om aan bij- of omscholing te doen, zodat zij in de toekomst zo goed mogelijk zijn voorbereid op de door de coronacrisis veranderende arbeidsmarkt.
Seizoenswerk
Omdat de NOW-regeling geen rekening houdt met seizoenspatronen, kunnen ondernemingen met een seizoenspiek niet in dezelfde mate van de loonsubsidie van de NOW gebruik maken als ondernemingen waar de loonkosten over het jaar minder fluctueren. Om seizoensbedrijven en hun werknemers verder tegemoet te komen, is besloten om een aanpassing te maken in het eerste subsidietijdvak van de NOW. Indien de loonsom van maart tot en met mei hoger is dan de loonsom van driemaal januari wordt de loonsom van maart tot en met mei als uitgangspunt genomen voor de berekening van de subsidiehoogte bij vaststelling. De loonsommen van april en mei worden vervolgens gemaximeerd op de loonsom van maart (peildatum 15 mei). Hiermee gaat het totale subsidiebedrag voor de werkgever omhoog.
Opslag
Om de komende periode zoveel mogelijk werkgelegenheid te behouden, acht het kabinet het wenselijk om bedrijven ook in andere kosten, zoals vaste lasten, gedeeltelijk tegemoet te komen. Het kabinet verhoogt daarom de forfaitaire opslag in de verlengde NOW-regeling van 30% naar 40%.
Tegemoetkoming Vaste Lasten MKB
Voor veel bedrijven en organisaties zijn naast personeelslasten ook de vaste kosten een probleem. Er komt daarom een pakket aan maatregelen ten behoeve van het hardst geraakte MKB, waaronder de horeca, recreatie en sportscholen. Deze Tegemoetkoming Vaste Lasten MKB houdt in dat deze bedrijven afhankelijk van de omvang van het bedrijf, de hoogte van de vaste kosten, en de mate van
omzetderving een tegemoetkoming voor hun vaste lasten tot een maximum van 20.000 euro voor drie maanden krijgen. De sectoren die onder de huidige TOGS vallen komen hiervoor in aanmerking. De toegang tot deze regeling begint pas bij een omzetverlies van minstens 30%.
Tijdelijke overbruggingsregeling zelfstandig ondernemers (Tozo)
De huidige Tozo-regeling loopt tot en met 31 mei 2020. Het kabinet heeft besloten de regeling eenmalig met 3 maanden te verlengen. De nieuwe ‘Tozo 2’-regeling zal een partnerinkomenstoets bevatten. Huishoudens met een inkomen boven het sociaal minimum zullen onder Tozo 2 geen aanspraak meer kunnen maken op een tegemoetkoming in het levensonderhoud. Op deze manier wordt de ondersteuning voor levensonderhoud gericht op het garanderen van het sociaal minimum op huishoudniveau.
De mogelijkheid om een lening voor bedrijfskapitaal aan te vragen zal voor zelfstandig ondernemers beschikbaar blijven in Tozo 2. Zelfstandig ondernemers kunnen een rentedragende lening bij hun gemeente afsluiten van maximaal € 10.157. Ondernemers die al eerder een lening hebben aangevraagd onder dit bedrag, hebben nog de mogelijkheid om bij de gemeente een tweede lening af te sluiten tot het maximumbedrag. De onderneming mag ten tijde van de aanvraag niet in surseance van betaling of in staat van faillissement verkeren.
Startups
Een van de maatregelen in het eerste noodpakket is de Corona overbruggingslening (COL) die bijdraagt aan de verbetering van de liquiditeitspositie van innovatieve bedrijven. Daarmee kunnen deze bedrijven de crisis doorkomen of kunnen ze investeren in aanpassing van hun bedrijfsmodel. Vanwege het grote aantal ingediende aanvragen en de inschatting van de Regionale Ontwikkelingsmaatschappijen (ROM’s), dat het aantal de komende maanden verder stijgt, heeft het kabinet besloten om voor de komende drie maanden een tweede tranche van € 150 miljoen aan leningen voor de COL beschikbaar te stellen, zodat de ROM’s de aanvragen die aan de criteria voldoen kunnen honoreren.
Uitstel van betaling van belastingschulden
Het kabinet constateert dat ondernemers in veel sectoren onverminderd betalingsproblemen ondervinden. Daarom verlengt het kabinet de periode waarin ondernemers zich voor de uitstelregeling kunnen aanmelden van 19 juni naar 1 september 2020. Ondernemers krijgen op eerste verzoek drie maanden uitstel van betaling. Ondernemers kunnen langer dan drie maanden uitstel van betaling krijgen als zij aannemelijk maken dat ze door de coronacrisis in betalingsproblemen zijn gekomen. Voor uitstel langer dan drie maanden gaat bovendien de eis gelden dat de ondernemer verklaart geen dividenden en bonussen te zullen uitkeren, of eigen
aandelen te zullen inkopen. De vormgeving van deze verklaring wordt nader uitgewerkt.
Het toegekende uitstel van langer dan drie maanden duurt totdat het uitstel wordt ingetrokken, dat zal in ieder geval niet eerder zijn dan 1 september 2020. Bij het aflopen van het uitstel zal ondernemers een passende betalingsregeling worden geboden. Uitstel van het betalen van BPM wordt in juni mogelijk gemaakt voor vergunninghouders, vanaf het tijdvak mei 2020. Een verzoek daartoe is pas mogelijk als een naheffingsaanslag is opgelegd voor het tijdvak mei 2020.
Ook kan uitstel van betaling worden verzocht voor betalingsverplichtingen op grond van EU-douanewetgeving. Hiervoor gelden aparte uitstelregels op grond van de EU-douanewetgeving.
Belasting- en invorderingsrente
Nu het uitstelbeleid wordt verlengd, is besloten de verlaging van de invorderingsrente te verlengen tot 1 oktober 2020. Op deze manier blijven ondernemers gefaciliteerd om gebruik te maken van de bijzondere uitstelregeling voor belastingschulden. Ook de verlaging van de belastingrente voor alle belastingmiddelen behalve de inkomstenbelasting (IB), die op 1 juni 2020 in gaat, wordt verlengd tot 1 oktober 2020. Dit is bijvoorbeeld gunstig voor particulieren en ondernemers die gebruikmaken van de mogelijkheid van uitstel voor het doen van aangifte. De verlaging van de belastingrente voor de inkomstenbelasting gold al tot 1 oktober 2020.
Overige fiscale maatregelen
Ook andere fiscale maatregelen, die zonder nadere maatregelen zouden aflopen vóór 1 september, worden verlengd. Onder meer de versoepeling van het urencriterium voor IB-ondernemers en de periode waarin een tijdelijk uitstel van hypotheekbetalingen met behoud van recht op hypotheekrenteaftrek kan worden aangevraagd en verleend, worden verlengd tot 1 september 2020.
Wij houden u op de hoogte over de ontwikkelingen rondom dit nieuwe steunpakket. Bij vragen kunt u uiteraard contact met ons opnemen.