Massaal bezwaar tegen box 3-heffing

26 oktober 2018
bezwaar, maatregelen, box 3, heffing, fiscaal, Consilio

Staatssecretaris Snel van Financiën heeft bezwaren tegen de berekening van de vermogensrendementsheffing (box 3-heffing) in de aanslag inkomstenbelasting 2017 aangewezen als massaal bezwaar. Echter niet alle bezwaren vallen onder dit regime. De Belastingdienst beoordeelt of een individuele bezwaarmaker mee mag doen in de collectieve procedure.

De aanwijzing als massaal bezwaar betreft een door de Bond voor Belastingbetalers aangespannen (proef)procedure tegen de heffing van inkomstenbelasting over het inkomen uit sparen en beleggen (box 3) voor 2017. Aanwijzing als massaal bezwaar betekent voor de Belastingdienst een eenvoudigere afwikkeling. De belastingdienst selecteert een aantal bezwaren en legt deze voor aan de rechter. Als de uitspraak van de rechter onherroepelijk vaststaat, doet de belastingdienst collectieve uitspraak op alle bezwaren die meedoen met de massaal bezwaarprocedure.

Doet uw bezwaar mee, dan hoeft u dus niet zelf te procederen.

Indien de belastingdienst door de rechter geheel of gedeeltelijk in het ongelijk wordt gesteld, krijgt de inspecteur nog zes maanden de tijd om een en ander cijfermatig uit te werken en teruggaaf te verlenen. Wij benadrukken dat de aanslag inkomstenbelasting 2017 alleen zal worden verminderd als tijdig (dat wil zeggen binnen zes weken na dagtekening van de aanslag) bezwaar is aangetekend. Meeliften op de collectieve procedure is onder de nieuwe massaal bezwaarregeling niet langer mogelijk. De staatssecretaris heeft echter wel aangegeven dat alle bezwaarschriften die vóór 15 juli 2018 zijn ingediend en gericht zijn tegen de box 3-heffing over 2017 als tijdig zullen worden aangemerkt.

De aanwijzing massaal bezwaar geldt niet voor alle bezwaren tegen box 3-heffing

De aanwijzing geldt alleen voor bezwaarschriften die de vraag aan de orde stellen of de box-3 heffing op regelniveau in strijd is met het recht op ongestoord genot van eigendom (art. 1 Eerste Protocol EVRM) dan wel het discriminatieverbod (art. 14 EVRM).

De staatssecretaris meldde de Tweede Kamer dat in een groot aantal bezwaarschriften ook argumenten worden aangevoerd voor de stelling dat de vermogensrendementsheffing van box 3 een individuele buitensporige last vormt voor de desbetreffende belastingplichtige.

Deze afwijkende klacht brengt met zich mee dat het bezwaar niet in zijn geheel mee kan lopen in de massaal bezwaarprocedure, omdat een individuele klacht zich niet leent voor massale afdoening.

Dit heeft tot gevolg dat een groot deel van de bezwaarschriften individueel moet worden afgedaan en een eventuele procedure per belastingplichtige moet worden gevoerd. De wettelijke regeling voor massaal bezwaar sluit volgens de staatssecretaris splitsing van de afdoening niet uit. Iedere bezwaarmaker die ook de stelling van een individuele buitensporige last heeft opgenomen, krijgt een brief met de mededeling dat enkel voor zover het bezwaar ziet op de in het Aanwijzingsbesluit geformuleerde rechtsvraag, dit in de massaal bezwaarprocedure wordt meegenomen. Voor zover het bezwaarschrift ziet op een individuele buitensporige last zal het bezwaar individueel worden behandeld. Deze kennelijk onvoorziene ontwikkeling betekent een additionele werklast voor de Belastingdienst en de desbetreffende bezwaarmakers.

Bij het opstellen van de aangifte inkomstenbelasting 2017 beoordelen wij voor u of het zinvol is om mee te doen met de massaal bezwaarprocedure inzake de box 3-heffing. Daar waar actie mogelijk is zullen wij contact met u opnemen.

Meer weten? Neem dan contact met ons op.