Thans geldt dat de werknemer zijn recht op loon behoudt, indien hij de overeengekomen arbeid niet heeft verricht door een oorzaak die in redelijkheid voor rekening van de werkgever behoort te komen.
Vanaf 1 april 2016 geldt dat de werkgever verplicht is het loon te voldoen, indien de werknemer de overeengekomen arbeid geheel of gedeeltelijk niet heeft verricht, tenzij het niet verrichten in redelijkheid voor rekening van de werknemer behoort te komen.
De stelplicht en bewijslast verschuiven dus van de werknemer naar de werkgever. Tot 1 april dient werknemer aannemelijk te maken dat een bepaalde omstandigheid voor rekening van werkgever komt. Vanaf 1 april moet de werkgever aantonen dat een omstandigheid in de risicosfeer van de werknemer ligt. Voorbeelden van omstandigheden die voor rekening van werknemer behoren te komen zijn:
- Detentie;
- Staking (te onderscheiden van de werkwillige die verhinderd wordt te werken als gevolg van de staking);
- Onwettig verzuim;
- Te laat op het werk verschijnen.
Gedurende de eerste 6 maanden van het dienstverband kan in beginsel van deze regel worden afgeweken (nul urencontract). Na 6 maanden kan uitsluitend bij cao worden afgeweken, indien de intrinsieke aard van de bedrijfsvoering afwijking vereist (beperkte omvang en incidenteel karakter).